De messentrekker, Paulo A., kan zich niet meer herinneren dat hij in november vorig jaar te Albina (Marowijne) een andere man tot driemaal toe met een mes heeft verwond. Hij is op donderdag 13 april jongstleden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 9 maanden, waarvan 3voorwaardelijk, met aftrek van de tijd die hij in voorarrest heeft doorgebracht, plus een proeftijd van 2 jaar.
Het Openbaar Ministerie (OM) had een strafvoorstel gedaan van 10 maanden onvoorwaardelijke celstraf (met aftrek) voor poging tot zware mishandeling. De vervolging ging deels uit van de verklaring van het slachtoffer, dat Paulo hem plotseling van achteren had aangevallen. Nadat hij was verwond en bij het wegrennen was gevallen, zou de belager hem alsnog op de grond hebben gestoken met het mes. Met de steken in de onderrug had hij, aldus de vervolging, het risico genomen vitale organen te raken.
Volgens een politieman die de beelden had geanalyseerd was de verdachte naar het latere slachtoffer gelopen terwijl die zittend aan de praat was met een andere man. Gelet op zijn lichaamstaal en gelaatsuitdrukkingen, zou Paulo harde woorden hebben gebruikt tegen de zittende man. Die zou op gegeven moment zijn opgestaan en met een niet nader omschreven voorwerp hebben gezwaaid in de richting van Paulo. In een reactie daarop zou hij een mes vanonder zijn broeksriem tevoorschijn hebben gehaald en 3 a 4 keer hebben uitgehaald.
De verdachte zei op vragen van de rechter en het OM dat hij zich niet meer kan heugen dat hij de man heeft verwond. Hij weet wel dat hij een woordenwisseling had en dat hij een mens onder zijn broeksriem droeg. Ook dat hij de man achterna was gerend om hem opnieuw te verwonden is hem niet bijgebleven. Ondanks alles heeft hij in zijn laatste woord spijt betuigd.
De verdediging heeft het politieonderzoek afgedaan als ‘slecht en slordig’. Paulo’s advocaat, Benito Pick, voerde dat niet alleen zijn cliënt, maar ook de totale samenleving er baat bij heeft dat er hoge eisen worden gesteld aan de bewijsvoering in het strafrecht.
Het bevreemde hem dat het OM casu quo de politie de videobeelden niet had veiliggesteld en dat partijen genoegen moesten nemen met wat een agent heeft gezien. Bovendien was de verdediging van mening dat de verklaring van de agent van alle kanten rammelde. Zo zou hij in zijn proces-verbaal hebben geschreven dat het slachtoffer met een voorwerp naar de verdachte had gezwaaid, terwijl hij op de zitting nuanceerde dat het slachtoffer niet de gelegenheid had gekregen de voorgenomen ‘zwaaiende beweging’ te maken. Ook kon Pick er geen genoegen mee nemen dat de politieman van mening was dat Paulo de confrontatie wel kon vermijden door weg te lopen, terwijl het slachtoffer dat niet zou kunnen. De raadsman hield de rechter voor dat de agent duidelijk probeerde zijn cliënt neer te zetten als de agressor, terwijl juist hij was aangevallen. Paulo zou alleen maar hebben gesproken en wellicht harde taal hebben gebruikt, maar het zou de andere man zijn die met een voorwerp in zijn richting had gezwaaid. Tot dat gebeurde, was er geen sprake van een fysieke confrontatie.
Hij betreurde dat de rechter niet in de gelegenheid was gesteld om de videobeelden zelf te zien om zelf een oordeel te vellen over de confrontatie tussen de twee mannen. Een excuus van de aanklager dat niet het OM, maar de politie het onderzoek doet, snijdt volgens hem geen hout. De advocaat redeneerde dat het OM verantwoordelijk blijft voor het werk en de resultaten daarvan vanuit de politie als haar werkarm.
Pick was overigens niet van mening dat er bewijs was voor zware mishandeling en poging daartoe. Hij deed een beroep op de rechter, om de man vrij te spreken, of in het ergste geval het vonnis gelijk te trekken met de tijd die Paulo al in de gevangenis heeft doorgebracht. De man zit al circa 5 maanden vast.
De rechter zei in de motivatie van de strafmaat dat de verdediging terecht zegt dat het onderzoek slordig was en dat het OM meer moet doen om het wettig en overtuigend bewijs nadrukkelijk te presenteren. Ook de rechter had graag de beelden willen bekijken voor een beter oordeel over de confrontatie.
De magistraat vond het billijk om consequenties te verbinden aan de misslag van het OM en dat te vertalen in een mildere straf voor Paulo. Zware mishandeling en poging zware mishandeling werden niet-bewezen geacht. Met de veroordeling van 9 maanden, waarvan 3 voorwaardelijk (met aftrek) voor mishandeling, mag de veroordeelde volgende maand naar huis.