De consul-generaal van Haïti in Suriname, Mystral Jean-Charles, heeft broeders en zusters in de diaspora opgeroepen terug te gaan naar de waarden die hebben geleid tot de overwinning van de onafhankelijkheidsstrijd.
“Wij hebben het eens gedaan en kunnen het opnieuw doen. Temidden van alle moeilijkheden en strijd.” Deze oproep heeft hij gedaan bij de viering van het 219e herdenkingsjaar van het bestaan van de Haïtiaanse vlag. Hoogwaardigheidsbekleders, onder wie enkele ministers, de voorzitter van De Nationale Assemblee, vertegenwoordigers van het Corps Diplomatique en leiders uit de lokale Haïtiaanse gemeenschap waren voor dit heuglijk feit aanwezig op het consulaat aan de Lim A Postraat op de avond van 18 mei.
Minister Krishna Mathoera van Defensie was een van de hoogwaardigheidsbekleders. Zij hield een toespraak, waarin zij de moed van het Haïtiaanse volk en hardwerkende Haïtiaanse leden van de gemeenschap memoreerde. “De historische waarde van de Haïtiaanse onafhankelijkheidsstrijd is dat deze de weg heeft gebaand voor andere landen in de regio om hun fundamenteel recht op vrijheid uit te oefenen. Wij zijn trots op de gemeenschap van werkende Haïtianen die schouder aan schouder een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van Suriname”, sprak de defensieminister.
Consul-generaal Mystral Jean-Charles voerde aan dat ‘Haitian Flag day’ in herinnering brengt dat “wij komen van een moedige natie van verzetsstrijders en dromers. De vlag is nog steeds een bron van nationale trots. Wij hebben de gelegenheid om onze geschiedenis te herschrijven door terug te keren naar de waarden die hebben geleid tot de onafhankelijkheidsstrijd. Wij hebben toen gevochten voor onze onafhankelijkheid en hij (de kolonisator) heeft het niet aan ons gegeven. Wij kunnen het weer doen. Leve de vlag, leve Haïti.”
wij komen van een moedige natie van verzetsstrijders en dromers.
Het consulaat vindt het belangrijk om deze dag te memoreren en daarbij ook de Haïtiaanse cultuur te presenteren. Zo zijn verschillende Haïtiaanse gerechten gepresenteerd en dranken, waaronder de geloofde Rhum Barbancourt en zijn producten van zowel lokale Haïtianen als die in Haïti wonen, tentoongesteld.
Door de verschillende mannequins is ook de cultuur geëtaleerd. Een daarvan representeerde de marktvrouw die langs de weg eten verkoopt. Dit gaat samen met een Haïtiaans gezegde dat vrij vertaald betekent dat honger in de buik niet zoet is. Voedselverkopers maken een belangrijk deel uit van het straatbeeld van het land.
18 mei is voor Haïtianen over de hele wereld een bijzondere dag. Daarbij wordt gefeest met de vlag als het middelpunt. In de Verenigde Staten hebben enkele steden speciale feestelijke activiteiten op die dag in samenwerking met die lokale Haïtiaanse gemeenschappen. Op Haïti is het een nationale feestdag waarbij voornamelijk scholen speciale programma’s op touw zetten.
De vlag is in 1803 geformeerd als symbool voor de vereniging van zwarten en mulatten in de onafhankelijkheidsstrijd. Dit gebeurde tijdens een congres in de stad Arcaïe. De legeraanvoerder Jean-Jaques Dessaline verwijderde de witte baan uit de Franse vlag en deed de rode en blauwe banen aaneenvoegen door zijn peetdochter Catherine Flon. Zowel Dessalines als Flon is bij de herdenking een centrale figuur. Ook de andere legerleiders zoals Alexandre Petion, die het leger van mulatten aanvoerde, en Toussaint L’Ouverture worden dan geprezen.