Het traditioneel gezag, bestaande uit de grootopperhoofden van de verschillende inheemse en tribale volken en de voorzitter van Para plantages, heeft na overleg met de gemeenschappen besloten dat het nu tijd is om publiekelijk te praten over het schrijven van het Koningshuis van Nederland in het kader van het slavernijverleden met Suriname.
Dit vertelde professor Frank Jabini van de organisatie Fiti Makandra maandag tijdens een persconferentie in het Naks-gebouw aan de Thompsonstraat. Jabini stelt dat de handen ineen zijn geslagen binnen Fiti Makandra om te bundelen als een geheel en geeft aan dat de voornoemde gemeenschappen een eenheid aan het vormen zijn.
Vorig jaar heeft Nederland de excuses aan de nazaten van de tot slaafgemaakten aangeboden. Wilgo Ommen van de Federatie Para Plantages hield voor dat er al een brief is gestuurd naar de Nederlandse regering. In de brief is aangegeven dat de traditionele gezagsdragers nu eensgezind zijn en onder hun mensen de discussie over de excuses zullen voeren. Granman Albert Aboikoni van de Saramaccaners stelt dat er nu meer dan ooit gewerkt moet worden aan het wegwerken van de verdeel-en-heerseffecten die de Europeanen hebben gecreëerd in de slavernij met alle gevolgen voor het nageslacht dat met vele trauma’s leeft.
De Saramaccaanse granman benadrukt dat eenheid belangrijk is tussen de verschillende bevolkingsgroepen. Hij stelt dat het nageslacht van de onderdrukten en de tot slaafgemaakten zich moeten losrukken van zaken die ze nog achterhouden.
Het is voor de nazaten van de tot slaafgemaakten in Suriname een moment om bij stil te staan. Dit stelde granman der Paramaccaners, Josef Forster. De traditionele gezagsdrager stelt dat het niet alleen een historisch moment is om te kunnen praten over het vraagstuk, maar benadrukt dat het een heel proces is die diepe bezinning teweeg moet brengen bij het nageslacht van de tot slaafgemaakten.
Granman van de Matawai stam, Lesley Valentijn, stelt dat met de openbare besprekingen in alle eenheid kan worden gediscussieerd over wat de slavernij teweeg heeft gebracht. De granman geeft verder aan dat de totale Surinaamse gemeenschap baat moet hebben bij de discussie rond het slavernijverleden. Hij stelt dat de discussie en bewustwording over slavernij en onderdrukking in het verleden niet alleen bedoeld is om de nazaten van de tot slaafgemaakten bijeen te brengen, maar de totale gemeenschap.
Het is de bedoeling dat de verschillende gemeenschappen zich zullen buigen over de excuses en in een Gran Krutu kenbaar maken hoe zij de excuses ervaren en zien. Wanneer deze Gran krutu precies gehouden wordt is nog niet duidelijk.