Noris Bannafoo, een gepassioneerde Surinaamse natuurliefhebber, is verliefd op zijn geboorteplek Bataliba. Het Batalibagebied omvat vijf dorpen aan de Surinamerivier en ligt ten zuiden van het stuwmeer. Bestuurlijk valt het gebied onder het district Brokopondo, hoewel anderen van mening zijn dat het in het district Sipaliwini ligt.
Geografisch moet dit nader worden onderzocht. Ongeacht of het nu Brokopondo of Sipaliwini is, Noris heeft een ongeconditioneerde band met het gebied. Hij is geboren in het dorp Bannavoo kondë. Hoewel hij momenteel in Paramaribo verblijft, bezoekt Noris frequent zijn geboortedorp en het dorp Baikutu waar de eerste liefde van zijn leven, zijn moeder, woont. Baikutu ligt net naast Bannavoo kondë. “Noris is een zelfverzekerde Saamaka man en heeft een bijzondere liefde voor het binnenland”, zo beschrijft de veelzijdige Surinamer zichzelf. In een gesprek met Key News laat hij doorschemeren dat hij de Saamaka-cultuur wil helpen behouden door middel van educatief toerisme en woordkunst.
Om hem beter onderwijs te laten genieten en een goed toekomstperspectief te bieden, werd Noris onder hoede van zijn oom in de stad groot gebracht. “Hij heeft mij van jongs af aan kennis laten maken met mijn roots en bij mij de liefde voor het binnenland aangewakkerd.” Tijdens de jaarlijkse schoolvakanties ging hij met zijn oom naar Bataliba om geïntegreerd te raken met de authentieke leefstijl van de lokale bewoners. Van het omploegen van kostgrondjes, vissen en traditionele Saramaccaanse gerechten bereiden; Noris kan alles. Hij is bijzonder trots op de unieke geschiedenis van het strijdvaardige Saamaka-volk.
De Saamaka en Matawai zijn voortgekomen uit de oudste gemeenschappen die marrons in het binnenland vormden. De meeste lo (clans) die samen deze stammen zouden vormen, waren de plantages al tussen 1680 en 1720 ontvlucht. Na eerdere mislukte pogingen werd uiteindelijk op 19 september 1762 een Vredesverdrag gesloten tussen de Saamaka en de koloniale overheid. In het bestaan van het Saamaka-volk is de transmigratie als gevolg van de vorming van het stuwmeer in de jaren 1958-1964, sinds de dramatische vlucht van de plantages in de 18de eeuw, de diepst ingrijpende tragedie geweest. Toen de dam in de Surinamerivier op 1 februari 1964 werd ontsloten, ontstond het op één na grootste, door mensenhanden vervaardigde, meer in de tropen. De Saamaka werden verdreven van de grond waar ze al eeuwen woonden en waar ze de navelstrengen van al hun awoonëngë (voorouders) begraven hadden.
Noris merkt op dat het cruciaal is om de cultuur en geschiedenis van Bataliba en het Saamaka-volk in zijn algemeen te conserveren voor de toekomstige generaties. “Ik lever op mijn manier een bijdrage. Op Facebook beheer ik een pagina over Bataliba waar ik audiovisuele content en informatie over het gebied en cultuur plaats.” Hij houdt de pagina ook up-to-date met diverse ontwikkelingen die plaatsvinden in het gebied en zet zich vrijwillig in om de sëkëti-groep van de dames te promoten. Sëkëti zijn liederen waarmee wordt bezongen wat actueel in de gemeenschap leeft: ruzies, liefdesaffaires, heldendaden, maar ook de transmigratie. De aanleiding is vaak nog minder dan een anekdote: iemand gaat naar de stad en heeft iemand anders gegroet. Het plezier van een woordcombinatie is soms al genoeg om een nieuwe sëkëti te zingen, maar evengoed kunnen ze giftig commentaar bevatten. Ze worden continu opnieuw gemaakt en zijn vaak extreem kort, soms ook in de vorm van een dialoog; de langere worden bij speciale gelegenheden gezongen, bijvoorbeeld bij de installatie van een nieuwe gaama (grootopperhoofd). Dit gebeurt al eeuwenlang zo. De stijl is nooit veranderd, al veranderen de teksten continu.
De multigetalenteerde Noris, in het dagelijks leven bouwvakker en klantenservice medewerker, is ook bestuurslid van de stichting Sport Sociaal en Cultureel Bataliba (SSCB). Het is een van de grote organisaties in het gebied die diverse projecten opzet en uitvoert. Hij maakt ook deel uit van de jongerentak van de Vereniging van Saamaka Gezagsdragers (VSG). In de vereniging werken meer dan 60 Saramaccaanse dorpen samen in de strijd voor grondrechten van de Inheemsen en marrons. Deze rechten worden bedreigd vanwege mijnbouw en houtkap. Op 28 november 2007 wonnen Hugo Jabini en Wanze Eduards van de VSG een rechtszaak die zij bij het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens tegen de Surinaamse staat hadden aangespannen; ook wel het Saamaka-vonnis tegen de Staat Suriname genoemd. Vanwege hun strijd voor grondrechten werden ze in 2009 onderscheiden met de Goldman Environmental Prize. Met dezelfde gedrevenheid en passie wil Noris zich inzetten om het Saamaka-gebied met al zijn materiële en immateriële rijdommen te helpen beschermen.
Noris die ook aan woordkunst doet, schrijft zijn poëzie en proza voornamelijk in het Saramaccaans. Hij roept Saamaka jongeren op om hun cultuuridentiteit nooit te vergeten. “Vergeet nooit waar je vandaan komt en wees trots op je roots.” Hij wil de jongeren voornamelijk motiveren om actief mee te doen in hun dorpen en leefgemeenschappen van herkomst. “Investeer in jezelf en in je omgeving.” Noris is eigenlijk het “synoniem” van een trotse Saramaccaner. Hij is zowel mondeling als schriftelijk uitmuntend in de taal. Hij kent het Batalibagebied op zijn tien vingers en kan zelfs bodido en muunga maken. Bodido is trouwens zijn favoriete drank en wordt in het Saamaka folklore als een elixer beschouwd, alhoewel het geen geheime ingrediënten bevat. Het proeven waard!