NAKS maakt met het Saamaka Marronmuseum, het Nationaal Archief Suriname, het Surinaams Museum en het Rijksmuseum in Nederland het slavernijverleden tastbaar. De verhalen van personen die in die periode hebben geleefd, worden tot leven gebracht.
“Verhalen uit zowel Brazilië, Suriname als het Caribisch gebied, en Zuid-Afrika en Azië. In de tentoonstelling vertellen we tien waargebeurde verhalen van mensen die hierbij betrokken waren. Tien persoonlijke verhalen over mensen die bijvoorbeeld tot slaaf waren gemaakt of slavenhouder waren. Of over mensen die zich verzetten en mensen die in slavernij naar Nederland zijn gehaald”, zegt Darell Kofi Geldorp van NAKS.
Deze tentoonstelling is in 2021 georganiseerd door Het Rijksmuseum in Nederland. De posters die daarbij aanwezig waren, zijn aangeboden om de tentoonstelling ook in Suriname te houden. Met deze tentoonstelling wil de organisatie een andere kant van het verhaal laten zien. “Het verhaal van de mensen zelf. Hoe zagen hun levens eruit? Hoe verhielden zij zich tot het systeem van slavernij? Konden zij eigen keuzes maken?”
Voor de Surinaamse editie van de tentoonstelling werkt NAKS samen met lokale partners, te weten het Saamaka Marronmuseum, het Nationaal Archief Suriname en het Surinaams Museum. “Deze organisaties hebben waardevol materiaal over het Surinaamse slavernijverleden ter beschikking gesteld om de tentoonstelling nog meer diepgang te geven”, aldus Geldorp. “Deze tentoonstelling is een uitnodiging tot dialoog, reflectie en educatie over een cruciale periode uit onze geschiedenis”, gaat Geldorp verder. “Daarom ontwikkelt NAKS van 1 november tot en met eind maart 2025 een breed educatief programma over het slavernijverleden. Bezoekers kunnen deelnemen aan thematische presentaties, workshops en discussies, terwijl regelmatig documentaires worden vertoond. In de maand oktober wordt een speciaal interactief scholierenprogramma voor enkele honderden schoolgaanden uitgevoerd, gericht op de bewustwording van jongeren.”
De organisatie ziet graag dat de gemeenschap, sociale en culturele organisaties, buurtorganisaties, jongerenorganisaties, studenten, scholen en opleidingsinstituten de tentoonstelling bezoeken en deelnemen aan de activiteiten die het erfgoed, geschiedenis en de doorwerking ervan in de huidige samenleving benadrukken. “Samen met onze partners willen we het verleden tastbaar maken, zodat we bewust en actief kunnen bijdragen aan betekenisvolle toekomstige ontwikkelingen”, aldus Geldorp.