Acht van de negen verdachten in de spraakmakende SLM-drugszaak hielden woensdag tijdens de rechtszitting hun lippen stijf op elkaar. Ze verwezen de rechter gemakshalve naar hun eerdere verklaringen bij de politie en de rechter-commissaris (RC).
De zaak draait om de onderschepping van 593 kilo cocaïne in maart vorig jaar in een ruimte onder de cockpit van een Airbus A340 van de Surinaamse Luchtvaart Maatschappij (SLM) met bestemming Amsterdam (Nederland).
De drugs, verdeeld over 17 dozen, werd door eenheden van het Bestrijding Internationale Drugsteam (BID) ontdekt. Het onderzoek leidde tot de arrestatie van negen mannen, onder wie politieagenten, beladers en beveiligingspersoneel van de SLM. De verdachten zijn: Gillamo R., Donovan P., Leo G., Rafael T., Orveo Z., Elvis B., Germain B., Amanzo O. en Sirvin D. Zij worden bijgestaan door advocaten Maureen Nibte, Murwin Dubois, Chandra Algoe en Georgette Leter.
In tegenstelling tot de overige verdachten, kwam Leo G., de vrachtwagenchauffeur die de dozen met drugs samen met ander vracht naar de Johan AdolfPengel-luchthaven vervoerde, terug op zijn eerdere verklaringen. Hij stelde dat zijn verklaring bij de politie niet correct was en zei dat de verbalisant hem geen kans had gegeven zijn verhaal te vertellen.
Volgens de verdachte schreef de agent simpelweg op wat hij vond dat in het proces-verbaal paste. Daarom weigerde Leo G. te tekenen. Ook zijn verklaring bij de rechter-commissaris trok hij in. Hij gaf aan ten tijde van de voorgeleiding verward te zijn geraakt door de omstandigheden rond de zaak.
Leo G. verklaarde verder dat hij zijn werk op de bewuste dag begon bij het verzendkantoor in Paramaribo en onderweg extra vracht ophaalde in Lelydorp. Hij beweerde dat hij niets verdachts had opgemerkt aan de dozen waarin later cocaïne werd gevonden. Volgens hem weken ze wel af van de rest van de dozen, zoals te zien is in de film, maar dat zou het normale verschil zijn tussen normale postdozen en handelszendingen.
Op videobeelden, getoond tijdens een eerdere zitting, is te zien dat de afwijkende dozen apart werden gestapeld, wat de aandacht trok van de opsporingsdiensten. Leo G. ontkende echter dat hij dit bewust had gedaan en benadrukte dat de beelden een vertekend beeld geven. Hij ontkende betrokkenheid bij het verzamelen van de partij drugs en verklaarde dat de pakketten altijd volgens een vaste code en standaardprocedure worden gesorteerd en gestapeld.
Hoewel de verdachten zwijgzaam waren tegenover de rechter, beantwoordden zij wel vragen van de advocaten. Onder hen waren een politieman van het BID-team en een luchthavenbeveiliger. Zij ontkenden, net als de andere verdachten, enige betrokkenheid bij de smokkeloperatie.
Advocaat Murwin Dubois, raadsman van Amanzo O., diende een verzoek in voor voorlopige invrijheidstelling van zijn cliënt. Volgens Dubois had de RC in het onderzoek vastgesteld dat er sprake was van drie fasen: 1. Een plan werd gesmeed; 2. Dit plan werd besproken; 3. Vervolgens werd het uitgevoerd.
Dubois betoogde dat zijn cliënt in geen van deze fasen een rol speelde en slechts werd gearresteerd omdat hij zich op een platform bevond in de tijdspanne waarin de drugs naar het vliegtuig werd gesmokkeld. Dubois zei dat getuigen hebben beweerd dat zijn cliënt vanwege zijn positie op het platform overzicht moet hebben gehad op hetgeen zich afspeelde. Het Openbaar Ministerie (OM) verzette zich tegen de vrijlating van Amanzo O., waarna de rechter het verzoek afwees.
De zaak is uitgesteld tot eind volgende maand. Alle negen verdachten blijven in voorlopige hechtenis.