Is de voedselschuurgedachte van Suriname nog langer een valide droom of is deze droom overwoekerd door onkruid en verworden tot vals bedrog?
De afgelopen jaren, nadat Suriname in een crisis was beland, is er op verschillende niveaus gewezen op het belang van diversificatie van de economie, alsook exportgericht denken. Suriname beschikt over een enorme potentie op het gebied van de agrarische sector. Desondanks groeit er na ettelijke jaren geen ‘plant’ uit de grond. Concrete acties van beleidsmakers om de randvoorwaarden voor lokale burgers te scheppen, blijven uit.
De vorige Surinaamse regering heeft enkele inspanningen gepleegd ter verbetering van de bestaanszekerheid van burgers. Met het oog op het uitbreiden en verbeteren van productie, is geprobeerd verschillende noodzakelijke randvoorwaarden in place te brengen. Onder andere is in samenwerking met de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) van de Verenigde Naties het resultaat bereikt om landbouwers middels grants te ondersteunen. De huidige regering zet ook haar beleid uit op het gebied van de agrarische sector. Helaas levert dit nog niet het gewenste resultaat op als het aankomt op het verhogen van productie en export.
Reeds enkele jaren wordt hier en daar en overal (nationaal en internationaal) geopperd dat Suriname de voedselschuur moet worden van het Caraïbisch gebied. Wij zijn ons als natie niet bewust van de geringe kansen die ons nog ‘voor het oprapen liggen’, wanneer het aankomt op het werven van inkomsten door middel van productie en export van agrarische producten. Suriname is in een dusdanige winterslaap beland dat wij niet beseffen dat ons westerbuurland zichzelf steeds omhoog werkt: ook op het gebied van landbouw.
Sommige critici denken dat Suriname een laag ondernemers- en productiegraad heeft, omdat de totale bevolking lui zou zijn. Ik weiger dat te geloven, omdat ik beter weet en zelf op onderzoek ben uitgegaan. Daarnaast kunnen we het verwijt van de zogenaamde critici van de tafel vegen met de verschillende andere feiten. Ten eerste hebben verschillende ondernemers zich de afgelopen jaren keihard ingezet om te produceren en exporteren. Enkelen zijn op den duur gesneuveld vanwege de handelsbarrières die zij niet hebben kunnen overwinnen.
Surinamers zijn niet lui!
Gebrekkige randvoorwaarden zorgen grotendeels ervoor dat het gros van jonge ondernemers halverwege de reis genoodzaakt is op te geven. Als je financieel niet sterk in je schoenen staat, is het een gigantische uitdaging om te produceren, nog uitdagender is het om te exporteren. Om niet te praten over de obstakels om in aanmerking te komen voor een landbouwareaal.
Helaas moeten wij leven met het gegeven dat grote lappen landbouwgrond al in het bezit zijn van vrienden van politieke toppers die het de afgelopen decennia voor het zeggen hebben gehad. Velen doen hier niks mee of wachten een gunstig moment af om deze gronden te verhandelen. Daarmee bedoel ik te zeggen dat heel wat vruchtbare gronden reeds zijn uitgegeven, en niet voor landbouwdoeleinden gebruikt worden.
Je hoeft geen deskundige te zijn om bepaalde zaken te snappen. Eerlijkheid en oprechtheid verschaffen duidelijkheid in het streven naar voortvarendheid. Ik kom tot de conclusie dat de burgerij sterk afhankelijk is geweest van het beleid dat gevoerd is in de afgelopen vier decennia. Jonge en gedreven Surinaamse burgers die agrarische productie tot stand willen brengen met het oog op export, krijgen geen eerlijke kans.
Kennelijk vanwege het gebrek aan strategie, inzicht, kennis, kunde en de wil bij beleidsmakers om de ontwikkeling van Suriname duurzaam ter hand te nemen. Echter stellen wij als land wel grond beschikbaar voor de Caricom-gemeenschap en andere buitenlandse actoren, met als doel agrarische productie en veeteelt voor Suriname te bevorderen.
Het effectief inzetten van landbouwgrond is een van de belangrijkste randvoorwaarden voor het benutten van de bestaande mogelijkheden. Echter verrijzen er al decennia verkavelingsprojecten in plaats van landbouwinitiatieven op deze gronden. Eigen of particulier initiatief binnen de landbouwsector is onmogelijk zonder de beschikbaarheid van grond en kapitaal. Er is binnen het beleid geen spoor te bekennen van effectieve facilitering in landbouwgrond voor potentiële Surinaamse landbouwers. Suriname zal de barrières op dit vlak moeten elimineren, anders worden we wakker wanneer de buren ‘onze droom’ tot hun werkelijkheid hebben gemaakt. Surinamers zijn niet lui, onze leiders stimuleren ontwikkeling niet voldoende.