Giorno P. (23) zit sinds 26 april dit jaar vast op verdenking van diefstal door middel van geweld. Hij zei vorige week in een reactie op de dagvaarding dat hij niet schuldig is daaraan.
In een eigen versie van de casus zette hij zichzelf neer als slachtoffer van oplichting en beschuldigde de tegenpartij van ‘valse aangifte’. Hij zou een doos met kledingstukken en twee mobieltjes van de aangever hebben meegekregen als garantiestelling dat de verschuldigde € 500 zou worden betaald. ‘Hij heeft mij dus eerst opgelicht en daarna liegt hij bij de politie om mij op te laten sluiten’, aldus de verdachte.
‘Die man heeft bij de politie gewoon gelogen en een valse aangifte gedaan. Ik heb hem nooit beroofd en ik heb nooit geweld gebruikt. We hebben wel ruzie gemaakt op straat,’ vertelde hij. Hij schrok ervan om te horen dat de aangever zou hebben doorgegeven dat ze elkaar niet kennen. ‘Hoe heb ik hem dan het geld kunnen geven?’ vroeg hij zich in de rechtszaal af. In eerste instantie had de verdachte verteld dat hij het geld aan de aangever had geleend.
Op nadrukkelijke vragen van de rechter zei hij dat de man hem had voorgehouden dat hij connecties had om een paspoortaanvraag te bespoedigen. Omdat de beklaagde als Surinamer in Frans-Guyana woonde en niet te lang in Suriname kon blijven ging hij in zee met de man. Nadat hij hem het geld had overhandigd bleek die niet in staat het paspoort te kunnen regelen.
‘Sindsdien ging hij mij uit de weg. Hij nam mijn telefoontjes niet op en negeerde mijn app berichten,’ aldus Giorno P. Nadat de man hem op de telefoon had geblokkeerd, heeft de beklaagde een nep-facebookprofiel geopend en zich voorgedaan als een vrouw om zijn schuldenaar toch te kunnen contacten. ‘Alleen zo kon ik hem bereiken. Hij is toen erin getrapt en dacht dat hij met een vrouw sprak. Ik heb hem vervolgens uitgenodigd voor een ontmoeting en zo hebben we elkaar op straat tegemoetgetreden,’ aldus de verdachte.
Hij gaf toe dat de confrontatie heftig aan toe is gegaan en dat de twee veel lelijke woorden naar elkaar toe hebben geslingerd. “Maar het is niet waar dat ik met een houwer heb gezwaaid. Hij heeft mij de doos met kleding zelf aangeboden toen ik hem vroeg hoe hij me zou verzekeren dat ik mijn geld zou terugkrijgen”, zei Giorno P. verder. Omdat hij de dekking onvoldoende vond, zou de aangever hem ook nog de twee mobieltjes en SRD 150 hebben overhandigd. Giorno P. heeft de doos met kledingstukken zelf genomen uit de taxi waarmee de aangever naar de afspraak was gekomen.
Na de confrontatie is de aangever naar de politie gestapt. Giorno P. benadrukte dat indien er sprake zou zijn van een beroving, hij meteen na het incident met de taxi naar het politiebureau zou zijn geweest met de taxichauffeur als getuige, en niet eerst naar huis zijn gegaan. Toen de verdachte hoorde dat de man naar de politie was gestapt, ging hij met de spullen en al naar het bureau om zijn kant van het verhaal te vertellen. Hij is bij die gelegenheid aangehouden.
Het verhaal van Giorno P. wordt ondersteund door zijn neef Gideon P. (22), die als medeverdachte in de beklaagdenbank zat. De twee waren op de bewuste dag samen. Hij ontkende enige betrokkenheid bij een beroving. In een toelichting op het geval zei hij dat zijn neef en de andere man op een gegeven ogenblik overeenstemming schenen te hebben over de doos met kledingstukken.
Een verzoek van de raadslieden van de neven hun voorlopige hechtenis op te heffen of te schorsen heeft schipbreuk geleden. Volgens advocaat Georgette Leter heeft Gideon P. de goederen waarom het conflict ging nimmer onder zijn hoede gehad. Uit de verklaring van Giorno P. blijkt ook dat hij geen enkele betrokkenheid had bij wat door de aangever als beroving is aangeduid. Het verzoek van Giorno P. werd gedaan door tussenkomst van advocaat Aartie Radja.
Het Openbaar Ministerie (OM) is in beide gevallen van mening dat er ernstige bezwaren zijn om de mannen in dit stadium vrij te laten. De openbare aanklager verwees in dat kader naar de getuigenverklaring van een buurtbewoner dicht bij de plek waar de twee mannen elkaar hadden getroffen. Volgens die getuige zou Giorno P. met een houwer in de richting van de aangever hebben gezwaaid. De rechter kan zich terugvinden in de ernstige bezwaren van het OM en heeft het verzoek afgewezen. Er is daarbij gewezen op een medisch rapport waarin wordt bevestigd dat de aangever gewond was aan een arm en/of hand.
Bij de voortzetting van de rechtszaak op 10 augustus aanstaande zullen enkele getuigen worden gehoord.