Nr. 5: Kroatië, WK 2018 finalist. Eigenlijk staat Kroatië op deze lijst, omdat zij de verdedigend semi-wereldkampioen zijn. Niet dat zoiets echt bestaat. Het geeft wel aan dat de Kroaten voor iets staan. Vier jaar geleden, toen zij de wereld verrasten door onder andere Argentinië kapot te spelen, het gastland Rusland te verslaan in de kwartfinale, en Engeland in de halve finale spectaculair eronder te krijgen. Een jonge natie van slechts 4 miljoen personen had het gewonnen van reuzen. Eenieder die een beetje van voetbal afweet, is zich er bewust van wel dat Kroaten gewoon goed kunnen voetballen, met flair en lef. Maar weinigen dachten dat zij, met hun aantrekkelijke manier van voetbal, ook zoveel succes zouden hebben. Symbool voor de speelstijl is zeker hun aanvoerder en leider Luka Modric. Hij is nu wel 37, vier jaar ouder dan in 2018, maar hij laat geregeld bij Real Madrid zien dat hij op het hoogste niveau nog steeds het verschil kan maken. En met zijn 2018 strijdmakkers Ivan Perisic, Marcelo Brozovic, Matteo Kovacic en Domagoy Vida ook weer in de selectie, zullen de spelers en de fans van Kroatië stiekempjes weer dromen van een bijzonder WK.
Nr. 4: Argentinië van Messi. Eén van de bitterzoete verhalen van Qatar 2022 is zeker het WK-afscheid van voetbal grootheid Lionel Messi. Hij ging persoonlijk lang gebukt onder het schuldgevoel dat hij de nationale selectie van Argentinië niet kon helpen aan hoofdprijzen, zoals hij dat seizoen na seizoen deed voor zijn club Barcelona. Die last werd groter, na het WK van 2014 toen in de finale werd verloren van Duitsland (1-0). Maar een deel van die last viel weg in juli 2021 omdat Argentinië, aangevoerd door Messi, Zuid-Amerikaans kampioen werd. Nu kunnen Argentinië en zijn linksbenige genie, met minder druk op de schouders, een WK ingaan. Dat op zich kan al een wereld van verschil betekenen voor de mentale sfeer binnen de groep.
Als het aankomt op gemiddelde kwaliteit, moet de pijnlijke conclusie getrokken worden dat Argentinië, wat magere jaren doormaakt. Niet veel Argentijnse internationals zijn op het allerhoogste niveau actief. Messi steekt in dat opzicht met kop en schouders boven de rest uit. Verdediger Lisandro Martinez is, gaandeweg het huidige seizoen, zeker beter gaan spelen bij Manchester United en aanvaller Angel di Maria, net terug van een blessure, laat zien bij Juventus dat hij het nog steeds kan. Er is een degelijke spits, Lautaro Martinez en middenvelder Paolo Dybala, ook pas terug van een blessure, speelde dit seizoen wel goed bij AS Roma.
Maar behalve Messi, behoren andere spelers van Argentinië niet tot de crème de la crème. Bij de ‘albeceleste’ zullen ze het vooral als team moeten doen, samen hard werken, in balbezit en zonder de bal. Op die manier lukte het ook het Zuid-Amerikaans kampioenschap te winnen en om kwalificatie voor Qatar 2022 af te dwingen. Als dat ook tijdens het WK werkt en Messi zou zomaar besluiten WK-fans nog een laatste maal te trakteren op individuele hoogstandjes, kunnen er bijzondere dingen gebeuren. Misschien zijn de huidige omstandigheden precies wat Argentinië nodig heeft om het beste uit het nu beschikbare spelersmateriaal te halen.
Nr. 3: Engeland, wereldkampioen 1966, twijfelende fans*. Het nationaal elftal van het land, waar de beste clubcompetitie van de wereld wordt gedraaid, is niet één van de topfavorieten. Al denken zij dat zelf wel. De Engelsen kwamen tot de halve-finale in 2018, de eerste keer sinds 1990 dat dit gebeurde. In de halve finale, vier jaar geleden, werden de ‘three lions’ spectaculair verslagen door Kroatië. Een herhaling van die prestatie is mogelijk. Er zijn wel twee grote problemen bij Engeland en die kunnen niet opgelost worden.
Probleem 1. Engeland heeft geen bewezen, betrouwbare centrale verdedigers. Harry Maguire, John Stones en Eric Dier maken geregeld fouten bij hun clubs. Ook op de flanken achterin, is het qua verdedigende kwaliteit, ook onzeker. Aanvallend zitten de Engelsen goed met de uitstekende ‘alleskunner’ Harry Kane, de 19-jarige middenveld sensatie Jude Bellingham, Marcus Rashford en de handige linkspoot Phil Foden.
Probleem 2: coach Garreth Southgate. Hem wordt al een poos verweten teveel het accent te leggen op ‘niet verliezen’ in plaats van dominant te gaan voor de winst. Ondanks de kritiek heeft de Engelse bondscoach zijn filosofie niet aangepast. Misschien heeft ook Southgate geen honderd procent vertrouwen in zijn achterhoede. In elk geval vinden Engelse deskundigen en fans dat Engeland een van de ‘grote jongens’ is in het landen voetbal en daarom ook met meer lef en overtuiging moet durven te voetballen. Zoals bijvoorbeeld de Duitsers het doen.
Aan de andere kant, een WK halve finale halen is ook niet niets. Southgate verdient misschien dus iets meer krediet. Maar, als hij tijdens Qatar 2022 het team weer behoudend laat spelen en Engeland toch vroeg wordt uitgeschakeld, zal het hem deze keer zwaarder aangerekend worden. In elk geval, Engeland moet, op papier, minimaal de kwartfinale kunnen halen. Van daaruit kan zeker een greep gedaan worden naar de hoofdprijs.
Nr. 2: België, laatste kans voor gouden generatie.* België heeft, de afgelopen acht 10 jaar vaak en lang de FIFA-ranglijst aangevoerd. Het staat nu tweede, achter Brazilië. Dit gegeven is niet uit de lucht komen vallen. Met wat genoemd wordt de gouden generatie met topspelers als Toby Alderweireld, Thomas Vermaelen, Jan Vertonghen, Vincent Kompany, Axel Witsel, Kevin de Bruyne, Eden Hazard, Yannick Carrasco, Dries Mertens en Romelu Lukaku en keepers Thibaut Courtois en Simon Mongolet, draait België, sinds 2012, terecht mee in de wereldtop.
Op het WK in Rusland in 2018 drong België, na eerst in de ronde van acht Brazilië te verslaan, door tot de halve finale. Daar werd met 1-0 verloren van de latere wereldkampioen Frankrijk. Geen schande, maar de fans van de rode duivels hadden massaal wel gehoopt op een plaats in de finale. Die verwachtingen waren terecht, zo goed was de selectie van België dat bovendien bekendstaat om zijn aantrekkelijke manier van spelen.
De iconen Kompany en Vermaelen stopten daarna en de spelers die doorgingen zijn vier jaar ouder. De verwachtingen van de Belgische fans, voor Qatar 2022 zijn, begrijpelijk, wat minder. Maar, dat zou juist voordelig kunnen uitpakken voor de spelersgroep want minder verwachtingen betekent ook minder druk. Bovendien, de Belgische nationale ploeg beschikt nog steeds over voldoende leden van de gouden generatie. Een deel draait nog steeds mee op het hoogste niveau en die vormen samen met een groep relatief jonge talenten, met onder andere Youri Thielemans, een selectie die zeker ook respect verdient. Een beetje als underdog, tussen de grote jongens het toernooi starten, kan een groot voordeel blijken te zijn. En, met de in bloedvorm verkerende Thibaut Courtois, op doel – hij werd enkele weken geleden nog door de FIFA uitgeroepen tot beste keeper van de wereld – is niets bij voorbaat onmogelijk voor de rode Duivels.
Nr. 1: Nederland, drie verloren finales*. Oranje, de nationale mannen voetbalselectie van Nederland, heeft al decennia een dubbel gevoel wanneer het aan een WK begint. Voor Oranje is eigenlijk alleen het winnen van het wereldkampioenschap echt nog iets om te vieren. Geen enkel ander land heeft drie WK finales gespeeld – in 1974, 1978 en 2010 – en allemaal verloren. Bondscoach van Nederland en voetbal persoonlijkheid, Louis van Gaal, zegt daarom ook (terecht) dat hij met zijn selectie naar Qatar gaat om wereldkampioen te worden. Op papier heeft Nederland niet de sterkste selectie. Maar, de spelers die nu bij Oranje zitten, vormen wel een goed team dat ook nog mentaal sterk genoeg lijkt te zijn.
De kracht van Nederland zit ditmaal vooral in de verdediging. Tegenstanders scoren niet veel tegen Nederland. Aanvoerder en centrale verdediger Virgil van Dijk – in 2019 de op-één-na beste voetballer van de wereld – zit weer dicht tegen zijn vorm van drie jaar geleden aan. Maar, behalve van Dijk, de onbetwiste leider van de groep, beschikt Oranje, voor zijn achterhoede, ook over de andere toppers Nathan Aké, Matthijs de Ligt, Stefan de Vrij en voetbal motor Denzel Dumfries. Aanvallend zat het met Oranje altijd wel goed en dat is nu ook het geval. Op het middenveld moeten vooral Frenkie de Jong, die bij Barcelona de laatste weken steeds beter speelde en de pas 19-jarige Xavi Simons, die al ongeveer 10 jaar een internetsensatie is, voor creativiteit zorgen. Het directe gevaar, in de aanval bij Nederland, moet vooral komen van het grote talent Cody Gakpo, vleugelspeler die begeerd wordt door de grootste clubs. Met, voor het doel, spits Luuk de Jong, gerijpt tijdens zijn korte, maar spectaculaire periode bij Barcelona, is Oranje gevaarlijk. Ongeacht de tegenstander.
Maar, wat Nederland vooral ook heeft, is een slimme coach. Van Gaal staat bekend als een nuchtere trainer die ook durft nieuwe dingen uit te proberen. Komt nog bij kijken dat van Gaal, Oranje, in 2014 in Brazilië, al tot de halve finale heeft kunnen brengen. Hij beschikt nu dus ook over de nodige WK-ervaring. Waar de coach risico’s heeft genomen, is bij het selecteren van zijn keepers. Tot verbazing van velen heeft van Gaal 63-voudig international Jasper Cillessen niet meegenomen naar Qatar.
Dat was groot nieuws, maar vooral erg pijnlijk voor de doelman, die lang de eerste keeper van Oranje was. In plaats daarvan heeft de bondscoach gekozen voor de redelijk onervaren Justin Bijlow, met zes interlands, Remko Pasveer, met slechts twee interlands en Dries Noppert, met nul interlands. Voetbalkenners in Nederland vrezen dat de onervarenheid van de doelmannen een zwakte kan worden, als Oranje ver komt in het toernooi. Maar, aan de andere kant, als van Gaal met de brede kant van zijn mond zegt dat hij naar Qatar is gegaan om wereldkampioen te worden met Oranje, moeten zijn woorden, ondanks alles, serieus genomen worden. ‘Meneer’ van Gaal heeft het zelden verkeerd.