Minister van Openbare Werken en Ruimtelijke Ordening (OWRO), Stephen Tsang, zegt dat hij niemand heeft gecriminaliseerd tijdens de presentatie van de zogenoemde ‘tanklijst’ in De Nationale Assemblee.
Daarmee reageert hij op de kritiek van VHP-parlementariër Cedric van Samson, die vond dat de presentatie suggesties opriep over wie de betrokken personen zouden zijn. “Integendeel, ik heb juist aangegeven terughoudend om te gaan met de namen, omdat er ook personen op de lijst staan die wél recht hebben op brandstof,” aldus Tsang voorafgaand aan de ministerraadsvergadering van dinsdag.
Van Samson voerde in het parlement aan dat de manier van presenteren tot insinuaties leidde over “buitenmannen en buitenvrouwen” en dat dit problemen binnen gezinnen kan veroorzaken. “Hoe discreet ben je dan? Je vraagt om vertrouwelijkheid met de lijst, maar intussen creëer je onrust. Hoe confidentieel kan men hier nog mee omgaan?” aldus de VHP’er.
Tijdens de begrotingsbehandeling vorige week gaf de OWRO-minister aan dat hij reeds in januari 2024 wees op misstanden binnen de brandstofvoorziening. Hij verklaarde toen dat de administratie van de afgelopen vijf jaar omvangrijk was en dat hij niet met lege handen kwam. Na die aankondiging werd een aangepaste lijst gepubliceerd op de website van OW&RO, waarbij namen van DNA-leden onder het kopje ‘Kabinet van de President’ werden verwijderd. Beide versies zijn vervolgens ingediend bij de griffie met het verzoek om onderzoek.
De nieuwe lijst bevatte ook namen van personen die volgens Tsang wél recht hadden op brandstof. “Maar DNA-leden? Ondervoorzitter van de Staatsraad, met twee wagens? Ik denk het niet,” zei de bewindsman. Hij benadrukte dat het onderzoek naar de zogeheten tankmisstanden nog loopt: “Het tellen is nog niet afgerond. Er wordt nog steeds geteld.”